Sinds de Formule 1 eigenaar is van een Amerikaanse partij is er een heel circus gebouwd rondom de marketing van F1. De samenwerking met de makers van Drive to survive is hier een goed voorbeeld van.
De serie gaat alweer naar z’n vierde seizoen en is traditie-getrouw te bekijken via Netflix.
Zoals ik al eerder op dit blog opmerkte is show een belangrijk onderdeel. Het is daarom geen documantaire, maar ook niet echt een reality show: eigenlijk is DTS een uniek genre.
De makers richten zich op een publiek dat Formule 1 nog niet kent, of al een beetje kent en graag alle achtergrond nog beter uitgelegd krijgt. Doordat de makers het niet te nauw nemen met de realiteit is Max Verstappen afgehaakt: hij ziet zijn eigen verhaal liever niet op een andere manier verteld en doet daarom niet mee. Dit moet de makers in een lastige situatie hebben gebracht want het slot van het seizoen komt natuurlijk uitgebreid aan bod.
Een aantal teambazen maakt wederom z’n opwachting, waaronder Günther Steiner van Haas en Jost Capito de nieuwe baas van Williams: beide symphatieke figuren.
Ik vond dat seizoen 4 echt een stuk minder ergeniswekkend was dan de vorige seizoenen waar allerlei fake-commentaar en nep-rivaliteit werd getoond die overduidelijk alleen voor de show bedoeld was. Het was een seizoen waar de makers hopelijk willen breken met hun versie van een documantaire en nu echt de kant kiezen van het realistisch verhaal: dat is immers al spectaculair genoeg.