8 – De eredivisie

Dit weekend sprak ik twee mensen die toegaven dat ze geen voetbal meer volgden om dezelfde redenen: geen herkenbaar elftal meer, en gewoon overkill: er is al zoveel sport op TV.

Zondag 7 uur is allang geen ‘echte’ vaste prik meer. De uitslagen heb je allang gelezen, en de bewegende beelden zijn vaak saai & lang. De citaatjes van trainers en voetballers hebben we inmiddels wel gehoord.

Ik ben zelf enigzins eredivisiemoe omdat er ook zoveel sport is. In de winter kan ik ieder weekend naar een schaatstoernooi kijken, of naar het veldrijden of een willekeurig ander toernooi (handbal) en in de zomer begint de Tour, en als er een Nederlander goed is in de Vuelta of Giro ga ik dat ook spontaan kijken. Als de Olympische Spelen zijn dan kijk ik ongeveer alles waar een Nederlander in zit, met als gevolg dat je ook nog een sporten ziet die je normaal nooit ziet zoals BMX en Boogschieten. Daarbij is Formule 1 dit jaar extra interessant vanwege Max Verstappen. Als er een EK of WK is dan pak je daar ook nog wat voetbal van mee, en de halve finale of de finale van de Champions league is ook altijd nog wel eentje om te bekijken. Als het jaar bijna op z’n einde loopt dan kijk ik nog een weekje darts. Kortom: zonder al te veel moeite te doen kijk ik al opvallend veel sport. En dan is er vast nog een heleboel waar ik even niet aan denk, zoals tennis. Niet dat ik het NK schaatsen ook daadwerkelijk ga kijken, maar het vooruitzicht dat er nog zóveel te zien is zorgt er voor dat ik de Eredivisie wel over wil slaan.

7 – Freek als beschermheer

Freek de Jonge ken ik als mild-grappige cabaretier die in de jaren ’90 nog welk eens werd uitgezonden. Beetje de brave versie van Youp van het Hek. Iets minder ad-rem dan Herman Finkers. Iets minder druk dan Bert Vischer. Iets minder in, ja, in eigenlijk alles.

Van sommige mensen is het een uitstekend plan dat ze ondanks leeftijd gewoon doorwerken. Foppe de Haan is daar een voorbeeld van. Al sinds 2002 probeert hij te stoppen met werken, en nu neemt ie op 73 jarige leeftijd alsnog plaats op de bank. Als assistent bij het Nederlands elftal voor vrouwen. Een belangrijk statement dat Nederlands vrouwenvoetbal nu ook echt de aandacht krijgt vanuit de ‘mannenwereld’ die voetbal altijd is.

Maar terug naar Freek de 72-jarige Jonge. Hij heeft zich als redder opgeroepen om Nederland bewust te maken van de aardbevingsproblematiek in Groningen.

Nu zou dit best een nobel streven kúnnen zijn. RTV Noord verslaggever & commentator Bart Breij stelt in de bovenstaande video dat het wel lijkt alsof De Jonge zich enigszins liet verrassen door Hans Alders, nationaal coordinator Groningen. Ook in de columns die de Jonge schrijft voor Dagblad van het Noorden probeert hij gevat uit de hoek te komen, maar lijkt ie vooral het tegenovergestelde te bewerkstelligen: je leest hier een stukje van een man die zich hoog vanuit z’n ivoren toren niet erg goed heeft ingelezen, alvorens de reis naar het Noorden te maken.

Dat je niet volledig op de hoogte bent van alle ins & outs is opzich niet eens zo’n probleem, maar het wordt wel een probleem als je vervolgens in discussie wilt met mensen die met deze problematiek bezig zijn. Als er een oplossing was die al het leed binnen een paar maanden had opgelost was dit er waarschijnlijk wel geweest.

Het streven om je als ‘redder’ op te werpen voor diegene die zich door de NAM en dus de Nederlandse overheid in de kou voelen laten staan is natuurlijk prima, maar dit riekt wel enigzins naar een man die een podium zoekt voor een maatschappelijk probleem dat op een hele andere manier aangepakt moet worden dan columns schrijven. Misschien is de leeftijd dan toch een factor. Misschien is het een gebrek aan bewustzijn bij De Jonge dat actievoeren tegenwoordig niet meer werkt als in de jaren ’70. De wereld is vol komen te zitten met types Hans Alders: mensen die verder kijken dan populistisch taalgebruik. Mensen die niet alleen streven voor idealen, maar ook de pragmatische kant van de zaak moeten bekijken.

‘Ik kijk geen tv’

‘Ja, behalve Tegenlicht, zo nu en dan. En oja, Sherlock. En trouwens: Heel Holland Bakt heb ik ook nog wel gezien. Maar verder?’

Het is modieus om te zeggen dat je geen tv kijkt. Om te zeggen dat je uitsluitend nog kwaliteits-series kijkt op Netflix. Kijkcijfers tonen echter aan dat er nog steeds enorm veel mensen naar hele doorsnee televisie kijken, zoals Paul de Leeuw met de zoveelste slaapverwekkende show op de zaterdag.

Geen tv kijken is net zoiets als foto’s van gezonde ontbijtjes op Instagram plaatsen: je voelt je er eventjes beter door maar uiteindelijk kan niemand het echt schelen wat jij doet in je ochtend of avond.

De volgende trend wordt waarschijnlijk breken met je smartphone. ‘Ik gebruik geen smartphone meer’ klinkt nu nog heel indrukwekkend, alleen is in de praktijk vooral onhandig. Bovendien zijn er niet echt chique oplossingen om toch mobiel te blijven, behalve die stokoude Nokia uit de kast halen.

De eerste fabrikant die een luxe non-smartphone maakt zou nog wel eens een onverwacht verkoopsucces kunnen zijn. Zo’n telefoon die alleen kan bellen, en in geval van echte nood nog 1 slim ding kan. Met een batterijduur van een week. Rust wordt zo een ongekende luxe.

5 – de verklikkerskalender

‘snitchen is heel ongebruikelijk’ zegt de ex-gedentieerde in het NOS artikel over een kalender met cold murder cases. In Amerika bestaat zoiets ook, in de vorm van een kaartspel. Net iets stoerder dan een kalender, maar goed. Dat kaartspel doet z’n werk: ieder jaar wordt een aantal cases alsnog heropend doordat gedetineerden beginnen te praten. Klaarblijkelijk doet zo’n geldbedrag toch iets. Het is daarom niet heel aannemelijk dat dit in Nederland anders is. Dat de NOS een interessante quote heeft wil in dit geval helemaal niks zeggen over de effectiviteit.

4 – de desktop pc

Omdat het me leuk leek weer eens een PC in elkaar te schroeven bestelde ik voor schoonpa wat onderdelen die ik afgelopen zaterdag in elkaar mocht zetten. Een vrij precies werkje. Een klein decennium geleden waren pc onderdelen nog schreeuwend duur, maar die tijd is achter ons. Op de foto zie je een koeler op een processor: gezamenlijk voor €39,- Een willekeurig simpel computertje heb je in een paar uurtjes in elkaar, en kan Windows 10 binnen 30 seconde opgestart hebben. Wat een verschillen met vroeger, toen de hardware tien keer zo duur was, en je minutenlang naar de blauwe wolkjes van het Windows startscherm moest kijken om aan de slag te kunnen.

3 – Nespresso

Toen ik jaren geleden de eerste Nespresso machine kocht was ik superenthousiast: het Ferrari rode slanke design, de verwarmbare melk-opschuimer en de lekkere capsule koffie. Een enorme upgrade uit de slappe Senseo wereld.

Nespresso was een upgrade die ook geld koste. Net zoals moderne printers is de aanschaf van het ding zelf niet zozeer het probleem: het is de koffie. Door de jaren heen zijn er wat prijsschommelingen geweest, maar een capsule kost ongeveer €0,40. In het begin had  ik daar nog niet zo’n beeld bij: je bestelde online met je creditcard – of in de Bijenkorf – gewoon een paar honderd capsules, en rekende dat af. Soms viel het me wel op dat dat nog best een bedrag was voor, ja, waarvoor eigenlijk? Koffie in een klein plasticje. En natuurlijk die reclame met George Clooney en Jack (wie?) Black.

Op kantoor kregen we een nieuwe koffiemachine, met bonen. Het viel me op dat we daar met 4 zware koffiedrinkers zitten, maar dat zelfs grote zakken bonen nog best lang meegaan. Een zak van 900 gram is volgens Douwe Egbers goed voor 130 koppen koffie. Zo’n zak kost een tientje, en daarmee zakt de prijs per kopje tot €0,07 per kopje. Smaakverschil? Ach, dat valt wel mee. Prijsverschil? 34 cent per kopje Met 5 koppen per dag is dat €1,70 en op jaarbasis €620,- Voor dat geld kun je best een luxe automaat kopen. Dat deed ik dus.

Daarbij veroorzaken Nespresso cups ook nog extra afval, in de vorm van cupjes. Je kunt deze opsparen, maar in Groningen is er geen plek om deze ook in te leveren. In Amsterdam trouwens wel, maar ik zie mezelf nog niet speciaal naar Amsterdam afreizen om mijn capsules milieuvriendelijk te laten verwerken. What else? is de slogan van Nespresso, maar de vraag is misschien meer: why Nespresso, why?

2 – Barney

Jaren geleden kondigde mijn vader aan dat er darten was met een Nederlander: Raymond van Barneveld. Hij zapte langs 30 kanalen en vond de Engelse zender die de BDO – het kampioenschap van de officiele bond uitzond. Dikke zweterige mannen stonden pijltjes naar het bord te gooien. De cameramensen leken de helft van de tijd geen idee te hebben waar ze op het bord moesten kijken, zodoende miste je hele finishes. Het geschreew met de scores – oneeeeehunderdandeeeeeeighty – werkte nog op de lachspieren. Dikke mannen, tattoo’s, maar ook spanning en sensatie. Er waren nog geen handige kaartjes die lieten zien hoe je een bepaalde score uitgooit en Barney nam het in z’n uppie op tegen wagonladingen Engelsen en Schotten. Een ex-postbode die al die Engelsen helemaal gek maakte, dat was precies wat we nodig hadden. Barney werd onze held. De man die tot grootse hoogte steeg, maar ook diepe dalen kende. Een volksheld. Een levende legende. Een sprookje: haagse postbode wint van alle Engelsen en Schotten, in het hol van de leeuw.

Daarbij was Barney ook de perfecte anti-held. Sip als ie geen trippels gooit. Verdrietig als ie een checkout mist. Met iedere gemiste dart keek Barney alsof ie die fietstassen weer op z’n tas moest laden: terug naar de post. En soms raakte ie ineens ook geen pepernoot. Maar wat deze man wel kon was veerkracht tonen. En dan is darts ineens een prachtige kijksport, want ookal lijkt het een gelopen race: een paar verkeerde pijltjes kunnen de hele wedstrijd doen kantelen.

De sport verhuisde naar SBS6, met een commentator die ook niet precies wist op welke manier je 96 uitgooit  (trippel 20 – dubbel 18) of wat je het beste kunt doen als je na je eerste pijl de trippel 5 hebt geraakt (tripple 14 + tops). Dingen die nu in het collectieve geheugen zijn gegrift.

Maar Barney kon dat niets schelen. Hij won tegen alle verwachtingen in, en hij bleef winnen. Een hype was geboren. En oja, af en toe vloog ie er ook veel te vroeg uit. Dan zat SBS6 opgescheept met tientallen dartpartijen die niemand wou zien.

Nu, ruim 10 jaar later is alles toch wel anders. Er is geen bier meer maar water. De BDO heeft plaatsgemaakt voor de commercie. Barney is volbehangen met reclame, net als de andere darters trouwens. En er is een kale brabantse jongen die zichzelf affilieert met Shrek door groene polo’s te dragen. Hij viert een mooie uitgooi met een gebalde vuist, en een hoofd dat er in slowmotion nog gevaarlijker uitziet.

Barney gooit alsof z’n leven er van af hing, maar niet meer op de manier waarop ie dat in z’n begindagen deed. Hij weet dat ie niet meer naar de post hoeft. En wat kan hij er aan doen dat die kale brabo zo absurd goed is Maandag werd er een tijdperk afgesloten. De jeugd was Barney definitief voorbij. Maar Barney zag dat het goed was. Barney hoeft niets meer te bewijzen. Hij heeft alles allang bewezen. Hij heeft Nederland naar darts laten kijken. Dat is al meer dan genoeg.

1 – de versnippering compleet

Iedere verkiezing verschijnen er wel nieuwe partijen ten toneel. Soms door professioneel partij-oprichters zoals Jan Nagel, soms met maar één specifiek doel. Vaker is het door ex-politici, denk aan Rita Verdonk met Trots Op Nederland. Een partij die – als je er nu over nadenkt – eigenlijk iets te vroeg kwam voor een groot publiek.

Als je eenmaal aan het blauwe pluche hebt geroken dan is het aantrekkelijk om daar te willen blijven. Zie Kuzu & Özturk van Denk. Zij splitsten zich uit de PvdA fractie af om hun eigen agenda te volgen. Maar dit zijn niet de enige voorbeelden: vooral de PvdA lijkt een soort incubator voor nieuwe politieke partijen.

Ook het inkomen zal toch meespelen. Als tweede kamerlid heb je recht op €7.705,12 bruto vergoeding. Dat is ongeveer twee keer zoveel als een modaal inkomen. Daarbij heb je als ex-kamerlid nog ruim twee jaar recht op wachtgeld. Er is – volgens mij – geen aanwezigheidsplicht. Enige voorwaarde voor dit inkomen is dat je niet via de SP in de kamer komt, want dan draag je deze vergoeding af aan het partijbestuur.

De ‘macht’ van nieuwe – kleine partijen is uiteindelijk beperkt, net als de zichtbaarheid. Als de mainstream media niet héél nieuwsgierig is naar wat jij te melden hebt dan ga je het enorm moeilijk krijgen. Behalve als je zelf al een mediamerk bent, zoals Trump. Deze had nooit mainstream media nodig, maar gebruikte zijn eigen Twitterkanaal. Dit groeide uiteindelijk zelf uit tot mainstream media.

Zal ik?

Ik heb nog nooit ook maar één doel weten te halen op dit blog. Alle goede voornemens om nu echt wat vaker iets te schrijven verdwenen na een week, anderhalve week of nog korter weer als sneeuw voor de zon.

Maar misschien is het wel leuk om in 2017 minimaal 100 stukjes te schrijven?

Hierom zijn adblockers nog harder nodig dan virusscanners

De wereld van online-media leeft vandaag de dag nog steeds voornamelijk van banners: advertenties op websites. Er zijn echter ook steeds meer mensen die die enorme hoeveelheid reclame vervelend beginnen te vinden, en een adblocker installeren voor hun browser. Dit heeft veel media-uitgevers ertoe aangezet om meldingen op de pagina te tonen dat ze het jammer vinden dat jij de advertenties blokkeert omdat dit hun – vaak – enige inkomstenbron is. Dat ís misschien ook jammer, maar het is voor jou als consument ook nódig.

Uitgevers zoals de Telegraaf of NU.nl verkopen online advertenties ongeveer op twee verschillende manieren:

  1. Premium: je krijgt als adverteerder een eigen accountmanager en koopt rechtstreeks bij de uitgever een heel pakket advertenties, bijvoorbeeld voor een bepaald merk, rondom een bepaald tijdslot of bijvoorbeeld op alle dinsdagen in oktober. Of bijvoorbeeld als het minimaal 12 graden is, of alleen vrouwen boven de 45+
  2. Bij opbod: een deel van de advertentieposities gaat naar een gesloten veiling, en deze adverenties worden bij opbod (per stuk!) in een blinde veiling verkocht. Dit gebeurt volledig geautomatiseerd.

Een uitgever kan zijn banner-netwerk aansluiten op zo’n veiling. Zonder in al te veel technische details te treden – het is een vrij ingewikkeld speelveld – is er een technische partij die de veiling voor de uitgever organiseert. Er doen verschillende partijen mee die geautomatiseerd bieden op banner-posities. Deze partijen doen een blind bod: wanneer het bod geaccepteerd wordt mogen ze een advertentie tonen. Deze partijen tonen geen eigen advertenties maar kopen deze plekken voor hun klanten: adverteerders zoals Coolblue & BMW.

Wanneer je je bedenkt dat een pagina soms wel 10 tot 15 advertentie-posities kan bevatten waarop geboden kan worden dan besef je pas hoeveel er achter de schermen moet gebeuren om een banner te tonen die voor de uitgever het meest lucratief is. Een populaire banner-formaat op een populaire website krijgt al snel 10 tot 40 biedingen per stuk (!).

Banners zien er vaak een beetje plat & simpel uit, maar zijn tegenwoordig kleine techniekbommetjes. Een adverteerder heeft tegenwoordig veel mogelijkheden om de banners zo te construeren dat ze aansluiten op gedrag dat jij al hebt getoond (denk aan de Zalando advertenties die je nog weken blijven volgen als je daar op de website bent geweest) of proberen aan te sluiten op een profiel dat de uitgever van jou heeft opgebouwd via cookies, bijvoorbeeld dat je een man bent die houdt van voetbal.

Deze banners hebben ook mogelijkheid om nieuwe demografische kenmerken toe te voegen, bijvoorbeeld het feit dat je met je muis over de banner heen bewoog (en dus misschien interesse toonde) waardoor ze je nog vaker banners laten zien.

Om deze chaos te beteugelen is de cookiewet in het leven geroepen: websites mogen nu niet meer zonder jouw toestemming cookies plaatsen op de website. Helaas zijn cookies maar een klein onderdeel van het probleem, en zorgen ze voor veel ergenis bij de consument (ons). Wanneer je de cookies echter niet accepteert maak je het voor adverteerders lastiger om een goed profiel op te bouwen, met als gevolg dat je banners ziet die waarschijnlijk niet voor jou bedoeld waren. Boeien.

Helaas zit er ook een keerzijde aan deze ingewikkelde materie. Door de hoeveelheid partijen die meebieden is het lastig om te zien van wie een banner uiteindelijk kwam. Dit kan voor ingewikkelde constructies zorgen waarbij adverteerders, of zelfs hele banner-inkopers frauduleuze techniek toepassen om in te breken op jouw browser, of erger: je computer. Dit heet malware. Omdat er zoveel banners worden getoond is het voor uitgevers vaak lastig te achterhalen wíe hun netwerk aantast.

Wil je nou geen onderdeel meer zijn van een veiling waarbij kwaadwillende adverteerders spam of malware op je computer plaatsen dan is een adblocker een eenvoudige oplossing. Je kunt deze met 3 of 4 kliks installeren, en bent vervolgens veilig voor tientallen reclame-uitingen. Inderdaad, je ontneemt uitgevers ook mogelijkheden om geld aan jou te verdienen, maar dat is natuurlijk niet jouw primaire probleem. Uitgevers hebben middelen en creativiteit genoeg om jou alsnog geld uit te laten geven. Denk aan de paywall van de FD, of bijvoorbeeld de VTwonen website waar je allerlei spullen voor in huis kunt kopen. Jij als consument hoeft niet de dupe te worden van de problemen van de uitgever, en je adblocker is een goede manier om een heleboel (zoals gezegd, soms wel 20 bannerposities per pagina) potentiële problemen te voorkomen.

En virusscanners? Virusscanners tappen in op een gevoel van onveiligheid dat lang niet altijd terecht is. Grote virusuitbraken zijn er de laatste jaren nauwelijks geweest. Eenvoudige vuistregel: open geen spam in je mailbox, klik nooit op linkjes die je niet vertrouwd en download geen illegale muziek, games of software. Wanneer je veel gebruik maakt van internet – en wie doet dat niet – dan is een bannerblocker misschien nog wel harder nodig dan een virusscanner. En dat is toch wel wat zorgelijk.