En aan het einde van de zondag stond Chris Froome in het geel op het podium te zwaaien. Voor de zoveelste keer, dacht ik. Later hoorde ik dat het z’n vierde was. Knap. Froome lijkt me een sympathieke gozer, en ik denk ook de verdiende winnaar: na de eerste tijdrit had hij al een flinke voorsprong op de rest en omhoog kon ie steeds met de besten mee. De mensen die de Giro hadden gedaan vielen al snel door de mand (ploegleiders: wanneer leren jullie dit nou!) en verder was er eigenlijk alleen concurrentie van meefietser Uran die als een soort Cadel Evans alleen in het wiel bleef plakken en Franse hoop Bardet, die op de slottijdrit nog bijna z’n podium verloor. Als Bardet niet beter gaat tijdrijden dan wordt het nooit wat, want zal ie altijd door types als Froome of Dumoulin op achterstand worden gereden in de tijdritten. En zoveel tijd is er bergop tegenwoordig niet meer te winnen. Deze tour heeft duidelijk gemaakt dat je op een slechte dag bergop tijd kan verspelen, maar dat dit niet dodelijk hoeft te zijn voor je klassement.
Toch was de tour geen moment spannend. De vlakke etappes vanzelfsprekend niet, maar ook bergop was het niet erg genieten. Wat dat betreft hadden we al genoeg vuurwerk gezien in de Giro. Er was wederom twee keer Nederlands succes: zowel Mollema als Groenewegen wonnen een etappe, maar er zal toch niet echt heel veel in het geheugen gegrift blijven staan van deze tour. Daar was Sky toch (weer) te oppermachtig en dominant voor.